Tussen de lessen door hadden we de kans om een week praktijkervaring te gaan opdoen in een kleuterschool of lagere school. We werden in groepen van 2 of 4 verdeeld en konden dan een week meedraaien in een klas. In het begin vond ik dit een heel verwarrend concept, want we zouden een week meedraaien in een klas met kinderen waar we totaal niet mee konden communiceren. Ergens vond ik het ook wel leuk dat we eens konden gaan kijken naar een school en hoe het er in Noorwegen aan toegaat.
De week begon heel interessant. Ik was met 3 andere studenten op deze lagere school genaamd Sande Skole in Sola geplaatst in het derde leerjaar. De school was makkelijk bereikbaar met het openbaar vervoer, maar toen ik daar aankwam waren er al direct enkele dingen die me opvielen. Er was geen schoolpoort. De speelplaats was niet omheind en de leerlingen konden dus gewoon naar de straat en in het verkeer lopen. Ik vond dit heel vreemd, omdat in België elke school of toch elke speelplaats omheind is voor de veiligheid van de kinderen. In Noorwegen vertrouwen ze erop dat de kinderen niet naar de straat lopen, maar gewoon op de speelplaats blijven, omdat ze de kinderen ook leren dat dit anders gevaarlijk kan zijn.
Toen we binnenkwamen in de school werden we warm onthaalt door de directeur en de mensen van het onthaal. Na een korte ontmoeting met onze mentor was het tijd om naar de klas te gaan. Daar werden we warm onthaalt door een groep kinderen die er al veel zin in had om ons in de klas te hebben. We hebben onszelf voorgesteld en de kinderen hun vragen laten stellen, nadien hebben we mee met hen gewerkt aan hoekenwerk en zijn we rond gegaan in de klas tijdens de andere lessen.
Zo verliep eigenlijk de hele week een beetje. Tijdens het gewone lesgeven was het vooral observeren, tijdens andere momenten proberen we zoveel mogelijk mee te doen met de kinderen. Zo was er elke dag een voormiddag hoekenwerk en elke dag was er een hoek die wij moesten begeleiden. Bijvoorbeeld Engelse gezelschapspelletjes spelen met de kinderen of hen helpen in de leeshoek met hun Engelse boeken. Wij zijn ook een keer meegegaan met een zwemles en hebben ook een turnles mogen meevolgen. Ook bij de turnles wilden de leerlingen heel graag dat we met hun mee trefbal speelde, dus dan hebben we dat ook gedaan en dit was een hele leuke ervaring.
De schooldag begint om 8u30 en eindigt al om 13u, veel van de ouders zijn dan nog aan het werken, dus de meeste kinderen gaan alleen naar huis en houden zich thuis bezig met koken of hun huiswerk tot hun ouders er zijn. Ik vond dit heel gek, dat een kind van het eerste, tweede of derde leerjaar alleen naar huis gaat. In mijn hoofd speelde zich al allemaal doemscenario's af van wat er mis kan lopen. Maar ik merkte al snel dat de kinderen hier veel zelfstandiger zijn en van jongs af aan worden voorbereid op het zelfstandig zijn. Zo gaven enkele klasgenoten het voorbeeld dat in de kleuterklas (Deze start hier al vanaf 10 maanden) de kinderen hun eigen ontbijt en lunch maken. De kinderen besmeren hun eigen toast met een (kinder)mes en drinken uit een gewone tas die als je ze laat vallen kapot is. In het begin valt er wel eens een tas op de grond of lukt het de kinderen niet goed om hun toast te besmeren, maar uiteindelijk leren de kinderen het wel en zijn ze al van heel jong zelfstandig. Hierdoor is het ergens ook logisch dat de kinderen op hun 7 jaar al alleen naar huis kunnen wandelen en enkele uren voor zichzelf kunnen zorgen.
In 1 schooldag zitten 2 speeltijden verwerkt. Eentje van 15 minuten en eentje van 25 minuten en dan nog een middagpauze in de klas van 45 minuten. Voor de rest wordt er ook veel buiten gedaan met de kinderen. Wij zijn die week 1 keer een namiddag naar buiten geweest naar een groot plein een beetje verderop met verschillende bergen waar de leerlingen op konden klimmen en spelen. Waar ik als leerkracht weer de vele gevaren zag, waren de Noorse leerkrachten heel ontspannen. De kinderen waren het gewoon om te klimmen en klauteren en zich geen zorgen te maken over vallen of zich pijn doen. Dit vond ik eigenlijk wel heel goed. In België zijn we soms zo bang dat een kind zich pijn doet dat we het niet eens proberen, terwijl hier laten ze de kinderen gewoon proberen en ja als het kind valt, dan is dat nog niet het einde van de wereld. Ook in de kleuterklas gaan de leerlingen heel veel naar buiten. Het grootste deel van hun dag brengen ze buiten door en ook het slapen over de middag gebeurd buiten.
De grootste angst die ik had aan het begin van deze week was dat er een grote taalbarrière zou zijn en dit voor veel moeilijkheden zou zorgen. Er was een taalbarrière, maar niet zo een heel grote. De leerlingen leren ook Engels op school, dus met de meeste leerlingen konden we gewoon Engels praten en met degene waar dit niet mee lukte probeerde we op een andere manier te communiceren zoals met gebaren. Ook vond ik het wel een leerrijke ervaring als de leerkracht les gaf in het Noors en we hier niets van verstonden of als een kindje iets kwam vragen in het Noors en we dit niet begrepen. Het zorgde ervoor dat ik wist hoe een leerling die te taal niet spreekt zich voelt als hij/zij in een nieuwe klas komt. Door die ervaring kan ik mezelf beter inleven in en beter inspelen op een leerling met een migranten achtergrond of een leerling die net uit zijn land is gevlucht, zoals toen er leerlingen van uit Oekraine in onze stageklassen kwamen.
Deze week praktijkervaring opdoen was dan ook heel leerrijk en ik ben heel benieuwd wat de volgende stage-ervaring hier in petto gaat hebben voor ons.
Reacties
Een reactie posten